Vanaf een maand of zes lijkt je baby eindelijk beter te slapen. Langere blokken slaap in de nacht, en ook overdag begint er een redelijk ritme in te komen. En net als je denkt dat het nu eigenlijk wel goed te doen is, kom je aan bij de acht tot twaalf maanden. Wàt is er gebeurd met je goed slapende baby?

In het overzicht ‘hoe baby’s slapen in het eerste jaar‘, stond al een dip te zien rond de acht tot twaalf maanden. Nogal een kater, want net als je een beetje bij begint te komen, start er een periode waarin je vermoeider kan zijn dan ooit te voren.

Vaak is dit ook de tijd dat er loze adviezen worden gegeven: je moet je baby leren zelf in slaap te vallen, of erger nog: het is je eigen fout dat je baby zo vaak wakker wordt. Geen van de beide opmerkingen kloppen en maken deze toch al zware periode voor moeder en kind nog een stuk moeilijker.

Doordat het slapen verslechtert, kan je ook onzeker worden. Doe ik iets fout, is er iets veranderd? De kans is groot dat je zoekt naar een oorzaak van het slechter slapen. Omdat je baby niet kan vertellen wat er aan de hand is, wordt er gekeken bij de huisarts, osteopaat, homeopaat en slaap experts. Toch levert dit vaak geen oplossing. Zo gek is dat niet: deze ontwikkeling in slaap is doodnormaal – alleen vaak helaas niet als zodanig erkend.

De cijfers: hoe een baby slaapt rond 8 tot 12 maanden

Niets is fijner dan weten dat je als moeder niet alleen wakker bent in de nacht. En daarom eerst de cijfers over hoe andere baby’s slapen in deze periode.

Rond zes maanden slaapt zo’n 60 procent van de baby’s regelmatig een blok van minimaal 5 uur in de nacht. Bijna 15 procent van de baby’s wordt dan nog minstens drie keer per nacht wakker.

Dit beeld wijzigt echter flink als je kijkt naar hoe baby’s slapen rond 9 maanden. Sliep eerst 60% regelmatig een lang blok, rond negen maanden is dit een kleine 40%. Kennelijk gaan baby’s slechter slapen in plaats van beter.

Het grootste deel van de baby’s heeft ook nog hulp van de ouders nodig om weer tot rust te komen en verder te kunnen slapen.

Wat is er aan de hand?

Verlatingsangst tussen 8 en 12 maanden

De grootste boosdoener voor de slechte slaap is de verlatingsangst. Verlatingsangst is precies wat het woord al zegt: de angst om verlaten te worden.

Als je baby geboren wordt, is hij negen maanden een deel van jouw lichaam geweest. Voor zijn gevoel blijft dat ook zo na de geboorte: dicht bij jou als moeder is hij compleet, zonder jou niet. Je bent voor hem gewoon een deel van zijn wezen, een ledemaat. Als hij iets nodig heeft, breng jij het. Als hij iets niet wil, haal jij het bij hem weg.

In de eerste achttien maanden van zijn leven leert een baby dat jullie twee aparte wezens zijn. Dit besef begint in het vierde trimester langzaam te groeien, en een piek van dit besef zal hij hebben rond 9 tot 12 maanden. Hij beseft nu dat je zomaar weg kan lopen (de deur uit, de wereldbol af), en dat hij daar geen enkele controle over heeft.

Toch ben je voor hem nog een wezenlijk onderdeel van zijn wereld: alles wat hij nodig heeft, moet hij van jou krijgen. En dus kan deze periode heel beangstigend zijn.

Doe ik het dan fout?

Vaak wordt gedacht dat deze periode, waarin je kind enorm aanhankelijk kan zijn, een fout is van de ouders. Je had maar wat harder moeten zijn, want dan was je kind niet zo overstuur geraakt als je wegloopt. Je had hem eens wat vaker moeten laten huilen, want nu is hij een aanhankelijk watje dat nooit zelf wat durft te doen.

Hoor je dat wel eens?

Niets van die dingen is waar. Als je baby door de fase van verlatingsangst heengaat en moeite heeft met deze periode, is dat eigenlijk een compliment. Het is namelijk het gevolg van een veilig gehechte baby. Ik weet dat het niet zo voelt – als je de keuken inloopt en je kind stort in, voelt het eerder alsof je kind je niet vertrouwt.

Veilig gehechte baby’s ontwikkelen zich als peuters die een stuk zelfverzekerder zijn dan hun minder veilig gehechte leeftijdsgenootjes. Ze zijn zò zeker van hun basis, de steun waar ze op terug kunnen vallen, dat ze zich binnen drie jaar een stuk zelfstandiger kunnen gedragen.

En laten we eerlijk zijn? Hoe zekerder we zelf zijn van de steun van onze ouders, partner of baas, hoe meer we kunnen bereiken. Als je je constant afvraagt of iemand nog wel terugkomt, nog wel van je houdt of je nog wel waardeert voor wat je doet, dan komt er weinig meer uit je handen.

Dus: een baby die door een fase van verlatingsangst heen gaat is niet je eigen domme schuld. Het is een teken van een veilig gehechte baby die later zelfstandig en vol zelfvertrouwen door kan groeien.

Maar hij manipuleert me!

Vaak hoor je dat een baby je manipuleert met zijn gehuil of gejammer. ‘Als je te vaak op hem reageert als hij huilt, dan leert hij dat hij dan aandacht krijgt’, is één van die stellingen.

Dat gaat voorbij aan twee belangrijke punten.

  1. Een baby kan niet manipuleren. Dat vereist de ontwikkeling van het hoogst gelegen hersengebied, de prefrontale cortex. Dit hersengebied ontwikkelt door tot een kind twintig is, en is verantwoordelijk voor bijvoorbeeld impuls controle, rationeel nadenken en kritisch nadenken. Het is het hersendeel dat als laatste begint te ontwikkelen. Bij een kind van negen maanden is dit nog niet ontwikkeld.
  2. Een baby kan niet praten. Als hij ’s nachts wakker wordt en hij raakt in paniek, kan hij niet een lampje aandoen, even rondkijken, naar je toelopen en zeggen ‘ik wil even een knuffel’. Hij huilt. Dat is de enige manier waarop hij kan duidelijk maken dat er iets is.

Helaas komt de gedachten van ‘harde liefde’ uit een paar generaties voor ons. Een aantal dokters – mannen – schreven eind 1800 boeken over opvoeden. Truby King, Luther Emmett Holt, John B. Watson, ze schreven allemaal over nachtvoedingen (niet doen), laten huilen (wel doen) en knuffelen (niet doen). Dit is vaak nog een gebruikelijke manier van opvoeden in de oudere generaties.

Hou in je hoofd dat het niet mogelijk is om een kind teveel liefde te geven. Een baby die huilt, heeft je nodig. Een baby heeft je nodig met elke vezel in zijn lichaampje. Hij manipuleert je niet. Je baby ligt niet in bed na te denken over hoe hij je deze keer zover kan krijgen dat je komt. Hij heeft je nodig, dus hij huilt. Punt uit.

>> Lees ook: Waarom een baby niet kan manipuleren <<

Andere ontwikkelingen rond 9 tot 12 maanden

Naast dat verlatingsangst een enorme impact heeft, gaat je kind ook fysiek weer door een sprongetje. Leren kruipen of lopen gebeurt vaak in deze maanden. De hersenen zijn keihard aan het werk om nieuwe verbindingen te leggen. Terwijl het lichaam allerlei nieuwe gekke bewegingen maakt, zijn de spieren aan het werk en je kleintje moet weer opnieuw zijn lichaampje ontdekken.

Al deze veranderingen maken dat hij zich dus ook niet vertrouwd voelt in zijn lichaam. Als je elke twee maanden compleet nieuwe dingen kan met je lichaam, zou je dan ook niet heel graag iemand dichtbij je willen hebben om je daarmee te helpen en je de zekerheid te geven dat alles goed komt?

Hoe kom je erdoorheen?

Deze periode van slapeloosheid is vreselijk, ik weet het. Je bent voor je gevoel al bijna een jaar moe, op je werk wordt van je verwacht dat je volledig meedraait en familie en vrienden snappen niet dat je nog steeds geen puf hebt. Tel daar de negatieve commentaren bij op (het is je eigen schuld, je moet hem laten huilen, wat een watje is dat kind) en je hebt een recept voor moedeloosheid.

Maar nu het goede nieuws: het komt goed.

Jij èn je kleintje komen hier doorheen. Deze periode is volstrekt normaal, er zijn duizenden en duizenden moeders eerder doorheen gekomen, op alle continenten. Probeer dicht bij jezelf te blijven en pas alle hacks toe die je kan bedenken. Wie zegt dat een baby in een ledikantje moet liggen waar je amper bij kan? Wie zegt dat je kleintje alleen moet slapen? Wie zegt dat een kleintje al zelf in slaap moet kunnen vallen?

Inderdaad: een ander.

Zoek naar een manier waarop je door deze periode heen komt. Probeer je voor te stellen hoe verwarrend en zwaar de periode is voor je kleintje.

Wil je daar graag hulp en begeleiding bij, dan help ik je graag.

Slapen is een proces van 24 uur en afhankelijk van verschillende radartjes, maar ook van omgeving. Omdat ik weet hoe donker en vermoeiend de nachten en dagen kunnen zijn als je kindje niet goed slaapt, is er de online cursus Beter Slapen Vanuit Verbinding.

In die online cursus leer je precies welke radartjes er zijn, hoe je ze kan beïnvloeden en wat je kan doen voor meer rust en slaap. Je leest er alles over op deze pagina: Online cursus Beter Slapen Vanuit Verbinding.

Tips voor de nachten tussen 8 en 12 maanden

Fluister in zijn oor

Kost het je moeite om ’s nachts je geduld te bewaren? Pak je baby vast, snuif dat zalige babyluchtje op en begin te fluisteren waar hij last van heeft. Fluister in zijn oor over hoe bang hij is dat je weggaat, maar dat je bij hem blijft. Vertel over zijn lichaampje dat zoveel nieuwe dingen leert. Leg hem uit waarom je werkt, maar dat je altijd terug komt. Vertel over hoe jij hebt leren lopen. Het maakt niet uit wat, maar erken wat er aan de hand is.

Het zal je kleintje kalmeren om je stem te horen terwijl hij zich veilig bij je voelt. En grootste plus: door hardop uit te spreken (of fluisteren, wat je wil) waar hij mee zit, zal je merken dat je meer begrip en geduld voor hem kan opbrengen.

Deel de nacht op

Wat mijn geestelijke en lichamelijke gezondheid redde was het opsplitsen van de nachten. Mijn man was tot één uur ’s nachts beschikbaar, ik vanaf één uur tot half zeven. Daarna wisselden we weer om en sliep ik ’s morgens nog een uurtje. Hierdoor hadden we allebei een redelijk blok slaap (ik kroop om half negen in bed), en konden we elkaar helpen. Om de beurt lagen we op een matras in de babykamer, terwijl de ander zonder schuldgevoel kon slapen.

Gebruik je vakantieuren

Probeer even minder te werken. Een uurtje minder per dag werken, zorgt voor wat extra rust. Zo kan je een uurtje langer blijven liggen als je partner opstaat met je kind(eren). Een uurtje extra slaap is nooit weg.

Een vloerbed

Leg een matras op de vloer, en slaap daarop met je kleintje. Zo kan hij dichtbij je slapen en kan ook jij met een gerust hart in slaap vallen. Meer over de voordelen van een vloerbed leg ik hier uit.

>> Lees ook: Mama, wordt eens wakker alsjeblieft?  <<

Vraag hulp

Je hoeft het niet alleen te doen. Vraag hulp van je buurvrouw om eens een stukje met je kleintje te lopen terwijl jij even slaapt of doucht. Bel een oma om even wat te helpen in huis of te spelen met je baby. Probeer jezelf op te laden zodat je er weer tegenaan kan.

En zit je om drie uur ’s nachts op en wil je de deur uitlopen naar een hotel en voor een week wegblijven? Compleet normaal. Voel je er niet schuldig over en bespreek het met je partner of iemand die dichtbij je staat. Kijk of je op een bepaalde manier elkaar kan ontlasten als het je teveel wordt.

Niemand in je omgeving om te helpen? In de online cursus Beter Slapen Vanuit Verbinding help ik je graag, maar ook tientallen andere moeders. In de live Vraag en Antwoord-webinars kan je namelijk al je vragen aan mij stellen en kijken wat je kan verbeteren in het slapen van je kindje en jouzelf. Meer informatie lees je hier

>> Lees ook: Helpt een fles kunstvoeding of rijstepap om door te laten slapen? <<